Stroomuitval in Nederland? Zorgpraktijken moeten nu voorbereiden op 72 uur zonder elektriciteit
24 nov

Op 17 november 2025 werd een scherp signaal afgegeven: als de stroom uitvalt, is de zorg niet automatisch veilig. De Rijksoverheid lanceerde het informatieboekje Bereid je voor op een noodsituatie als kern van de campagne Denk vooruit, met een duidelijke boodschap: 72 uur zonder stroom is geen fictie — het is een scenario waarop Nederland zich moet voorbereiden. En de zorgsector is daarbij niet een passieve toeschouwer, maar een cruciale schakel. Wat gebeurt er als een huisartsenpraktijk geen licht, internet of kassa meer heeft? De antwoorden zijn niet altijd makkelijk — maar ze zijn nu verplicht.

Waarom nu? De wereld verandert, en de stroomval komt dichterbij

Op 28 april 2025 raakte Spanje en Portugal getroffen door een van de grootste stroomstoringen in de Europese geschiedenis. Ziekenhuizen gingen op noodstroom, verkeerslichten stierven, en telefoons werden stil. Nederland, met zijn betrouwbare netten, dacht: ‘Dat gebeurt hier niet.’ Maar de Rijksoverheid dacht anders. De Nederlandse Huisartsen Genootschap (LHV) waarschuwt al maanden: oorlogsdreigingen, klimaatextremen en cyberaanvallen maken uitval van nutsvoorzieningen steeds realistischer. En dat raakt de huisartsenzorg op het botste. Geen stroom? Dan werkt de elektronische patiëntendossier niet. Geen internet? Dan kan geen afspraak worden gemaakt. Geen pinautomaat? Dan kunnen patiënten niet betalen — zelfs niet met contant geld, als de kassa kapot is.

De ‘Black-out’-uitzending: een schokkende simulatie

Op 11 november 2025 zond NPO1 het programma Black-out uit — een fictief journaal, gemaakt in samenwerking met meerdere ministers en de gemeente Utrecht. Het was geen documentaire. Het was een spiegel. In de eerste 24 uur na de uitval: geen mobiel, geen internet, geen online werk. Ziekenhuizen op batterijen. Apotheken met lege schappen. En huisartsen die met pen en papier de patiëntendossiers moesten bijhouden. Burgemeester Yolanda Hoogtanders, portefeuillehouder Crisisbeheersing voor Veiligheidsregio Limburg-Noord, omschreef het als ‘een les in menselijk contact’: ‘In tijden van crisis hebben we elkaar nodig. Hoe beter we voorbereid zijn, hoe sterker we samen staan.’

De pilot in Roermond: 72 uur zonder licht, wifi en koffie

Van 21 tot 24 november 2025 zetten zes huishoudens in Roermond hun hoofdschakelaar uit — niet als experiment, maar als oefening. Ze kregen een noodpakket: een oplaadbare radio, zaklampen, een aansteker, water en een dagboek. Ze moesten zelf koken, zonder elektrische kookplaat. Geen Netflix, geen WhatsApp. En ze moesten bijhouden hoe het voelde. ‘Het was niet de honger die het moeilijk maakte,’ zei een deelnemer. ‘Het was het gevoel van loskoppeling. Je voelt je alleen, ook als je thuis bent.’ De pilot, georganiseerd door de gemeente Roermond en Veiligheidsregio Limburg-Noord, toonde: het is niet techniek die faalt — het is psychologie. En die moet worden getraind.

Wat moet een huisartsenpraktijk nu doen?

Wat moet een huisartsenpraktijk nu doen?

De LHV heeft een praktische lijst opgesteld: minimaal een voorraad van drie dagen medicijnen, wondverbanden, drinkwater, een handzame oplaadbare radio, zaklampen, batterijen, een aansteker, een zakmes en een flesje desinfecterende vloeistof. Geen luxes. Alles wat nodig is om een patiënt te behandelen, te adviseren, te verbinden — zonder stroom. En dan is er de menselijke factor: een lijst met buurtpersonen die kunnen helpen bij het vervoer van kwetsbare patiënten, of die een generator hebben. ‘Zorg is geen isolatie,’ zegt een huisarts uit Maastricht. ‘Het is een netwerk. En dat netwerk moet je op papier zetten, voordat het internet verdwijnt.’

De rol van de overheid: geld, training en toezicht

Vanaf 2026 stelt het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) een budget beschikbaar voor opleidingen van praktijkpersoneel. Het gaat niet om technische trainingen — het gaat om crisismanagement: hoe beslis je welke patiënt eerst behandeld wordt als je geen laboratorium hebt? Hoe communiceer je met patiënten als je geen telefoon kunt gebruiken? En hoe houd je de administratie bij met papier en pen? Ook Marjolein Tasche, die van 7 tot 9 januari 2026 een tour langs Limburgse praktijken maakt, zoekt naar wat er al gebeurt — en wat nog ontbreekt. ‘We zien veel goede initiatieven,’ zegt ze. ‘Maar we zien ook veel praktijken die nog steeds denken: “Het gebeurt hier niet.” Dat is het gevaarlijkste geloof van allemaal.’

Wat zegt de netbeheerder?

Wat zegt de netbeheerder?

Netbeheer Nederland benadrukt dat Nederland een van de meest betrouwbare elektriciteitsnetten van Europa heeft. En dat is waar. Maar betrouwbaar betekent niet onkwetsbaar. De werkzaamheden van Liander op 14 oktober 2025 in de omgeving van praktijk Kraaij-Ensink — een geplande, korte stroomonderbreking — toonden aan hoe snel de impact zich voelt: geen afspraken, geen communicatie, geen betalingen. En dat was slechts vier uur. Wat als het 72 uur is?

De grote vraag: wie helpt wie?

De Rijksoverheid zegt het duidelijk: in de eerste 72 uur na een noodsituatie zijn hulpdiensten niet overal tegelijk. Ze richten zich op ziekenhuizen, waterwerken, brandweer. En de huisartsen? Zij zijn de eerste verdedigers. Maar alleen als ze voorbereid zijn. De losse kaart in het informatieboekje ‘Bereid je voor op een noodsituatie’ is geen vormality — het is een levenslijn. Daarop vul je in: wie heeft een generator? Wie kan medicijnen brengen? Wie weet waar de lokale apotheek met reservevoorraad zit? Het is geen bureaucratie. Het is samenleving.

Frequently Asked Questions

Wat moet een huisartsenpraktijk minimaal hebben bij een stroomuitval?

Minimaal: een voorraad van drie dagen essentiële medicijnen, wondverbanden, drinkwater, een oplaadbare radio, zaklampen met extra batterijen, een aansteker, een zakmes en desinfecterende vloeistof. Ook een papieren patiëntendossier en een lijst met contacten van buurtpersonen die kunnen helpen bij transport of communicatie. Het gaat niet om luxes — het gaat om levensbehoud.

Waarom is de eerste 72 uur zo cruciaal?

In de eerste 72 uur na een noodsituatie zijn hulpdiensten en overheidsinstanties volledig gefocust op de meest kritieke locaties: ziekenhuizen, water- en energiecentrales. Zorgpraktijken zijn niet prioriteit nummer één — dus ze moeten zelf kunnen functioneren. Na 72 uur kan hulp komen, maar tot dan toe is zelfredzaamheid de enige bescherming.

Hoe kan een praktijk de continuïteit van de zorg waarborgen zonder internet?

Door papieren afsprakenboeken, een fysieke patiëntendossiermap, en een lijst met lokale contactpersonen — zoals buurtpersonen met een generator, of een apotheek met reservevoorraad. Ook een oplaadbare radio is essentieel om radio-uitzendingen van de overheid te ontvangen. Geen digitale oplossingen, maar analoge netwerken zijn de nieuwe veiligheid.

Is er financiële ondersteuning beschikbaar voor praktijken?

Ja. Vanaf 2026 stelt het ministerie van VWS geld beschikbaar voor opleidingen van praktijkpersoneel in noodsituatievoorbereiding. Dit geld kan worden gebruikt voor trainingen in crisismanagement, papieren administratie, en het opzetten van lokale hulpnetwerken. De nadruk ligt op praktische, hands-on voorbereiding — niet op theorie.

Wat is het doel van de tour van Marjolein Tasche in januari 2026?

Marjolein Tasche onderzoekt welke praktijken in Limburg al voorbereid zijn, en waar de gaten zitten. Ze wil geen lijst van perfecties, maar echte verhalen: wie heeft een generator, wie heeft een plan, wie heeft niets? Haar bevindingen zullen worden gebruikt om de landelijke richtlijnen aan te scherpen en te helpen bij het verdelen van de beschikbare middelen.

Kan een stroomuitval ook de gegevens van patiënten bedreigen?

Ja. Het datalek van Clinical Diagnostics in juli 2025 liet zien dat digitale patiëntendossiers kwetsbaar zijn. Bij een stroomuitval kunnen die gegevens niet worden opgevraagd — maar ook niet worden beschermd. Daarom wordt aanbevolen om een fysieke kopie van essentiële medische gegevens te bewaren, in een waterdichte map, zodat deze ook zonder stroom toegankelijk blijven.

Maurits Veenstra

Maurits Veenstra

Mijn naam is Maurits Veenstra en ik ben een gepassioneerde kok en receptontwikkelaar. Ik heb jarenlange ervaring in diverse keukens en ben altijd op zoek naar nieuwe smaakcombinaties en culinaire technieken. In mijn vrije tijd schrijf ik graag over mijn favoriete recepten en deel ik mijn kennis en ervaring met anderen. Mijn doel is om mensen te inspireren en te helpen bij het ontdekken van nieuwe ingrediënten, smaken en kooktechnieken. Samen met mijn vrouw, Lisanne de Vries, run ik een succesvolle foodblog en geef ik kookworkshops in onze lokale gemeenschap. We hebben twee kinderen, Jurjen en Evelien, en een labrador genaamd Bruno. In mijn vrije tijd geniet ik van tuinieren, lezen en reizen.